Goede daden, klein en groot
Een obsessie van deze tijd (soms ook te vinden bij diegenen die bij Islamitisch werk betrokken zijn), is het zich focussen op het doen van iets groots.
We willen verbonden worden met grote projecten. We willen Islam op een grootse manier dienen. Grote daden, grote verdiensten, groot succes, hier en in het hiernamaals. Wie kan dat ontkennen? Alhoewel deze logica onbetwistbaar lijkt, is er in feite een probleem. Het stelt dat de beloning voor een goede daad gebaseerd is op de waarde zoals wij dat bevatten.
Dat is het probleem. De beloning voor iedere goede daad is gebaseerd op de feitelijke deugdzaamheid die het bevat en alleen Allah kan dat beoordelen.
Dat is waarom de voorgangers (salaf), zelfs na het verrichten van de meest verdienstelijke daden, zich zorgen maakten of hun daden zouden worden geaccepteerd. Tegelijkertijd benaderden zij de kleinste daden met het enthousiasme van een wanhopig persoon die weet dat hij alle mogelijke help kan gebruiken die hij maar nodig heeft.
Zij hadden de boodschap goed begrepen, dat vele grote daden te licht kunnen worden bevonden in het hiernamaals vanwege een aanwezig gebrek waarvan de uitvoerende zich niet bewust is. Terwijl het mogelijk is dat een schijnbaar onbelangrijke menslievende daad een gelovige kan redden van de hel.
Als voorbeeld de Hadith, zoals vermeld in Boekhari en Muslim, waarin wordt verteld over het voorval van de vrouw met een slechte reputatie, die een dorstige hond water gaf waarbij ze extra moeite deed om water uit de put te halen. Zij werd gered van de hel, enkel door die kleine vriendelijkheid. Dat is de zin van deze hadith.
In een andere hadith wordt het prachtig gesteld:
"Kleineer geen enkele goede daad."
(la tahqiranna min almaroofe shaea)
We zouden de volgende gouden woorden van de Profeet (vrede en zegeningen met hem) in gedachten moeten houden: Iedere goede daad, ongeacht hoe klein, heeft het vermogen om ons toegang tot het Paradijs te verschaffen. Het hangt slechts af van de situatie waarin hij verricht is en op de graad van oprechtheid in ons hart. Een dorstige hond water geven is niet perse een buitengewone daad, maar in dit specifieke geval vermeld in de hadith, werd het groot genoeg om alle zonden van een erg zondig persoon uit te wissen.
Dit betekend zeker niet dat we onachtzaam moeten worden over zonden in de hoop dat een kleine goede daad ze zal uitwissen. Niemand die zich de waarschuwing van onze profeet (vrede en zegeningen met hem) herinnert, zal dat kunnen:
"Echt gefrustreerd zal diegene zijn, die zijn eigen begeerten naloopt (in overtreding met Allah's wetgeving), terwijl hij onrealistisch de hoop koestert dat Allah hem zal vergeven".
De betekenis hiervan is, dat we nooit een kans moeten missen om een goede daad te verrichten door de daad te klein te achten. We zouden geen enkele goede daad als te min moeten beschouwen. Want wie kent de werkelijke waarde van een kleine vriendelijkheid of een kleine deugd? Men kan simpelweg Alhamdulilah (Geprezen zij Allah) uiten met zulk intens gevoel, dat dat alleen onze weegschaal ten voordele kan laten doorslaan in het hiernamaals. Een noodlijdend persoon helpen met een klein bedrag of slechts een vriendelijk woord, een vreemdeling begroeten, iets schadelijks van de weg verwijderen, een stil gebed voor iemand die hulp nodig heeft, iemand vergeven die ons pijn heeft gedaan ..... geen van deze daden zal grote krantenkoppen behalen, maar ze kunnen stuk voor stuk een belangrijke verandering in ons leven teweeg brengen.
Wat betrekking heeft op het goede is eveneens van toepassing op het slechte. Wat ons als een zonde van ondergeschikt belang lijkt, zou niet zo ondergeschikt kunnen blijken te zijn als het komt tot de consequenties voor zowel hier als in het hiernamaals.
Zoals de Koran vermeldt:
"en (jullie) dachten dat het iets onbeduidends was, maar bij God was het afschuwelijk." (24:15)
Wanneer we makkelijk met kleine zonden omgaan, kunnen deze makkelijk tot grotere zonden leiden. "Het verschil tussen een belangrijke en een onbelangrijke zonde is als het verschil tussen een groot en een klein stuk brandend houtskool, " zegt Maulana Ashraf Ali Thanvi. "Wie zou vrijwillig een stuk brandend houtskool met blote handen pakken omdat het klein is?"
De Koran maakt zeker een verschil tussen grote en kleine zonden, maar dat onderscheid is slechts betekenisvol wanneer de zonden net gepleegd zijn, en niet wanneer het opzettelijk is gepleegd. Iedere zonde is per definitie een daad van ongehoorzaamheid. Het mag vergeven worden wanneer het een resultaat is van menselijke zwakheid, maar wanneer men een "nou en" houding heeft, wordt het verzet .... en daardoor een grote zonde.
We kunnen de wijsheid achter deze les beter bevatten door te overwegen wat in ons dagelijks leven gebeurt. Onze geest is een fascinerende machine die altijd allerlei soorten gedachten ontvangt en verwerkt. Het zou een zeldzaamheid zijn wanneer een mens nooit enig gedachte zou ontvangen ofwel voor een zonde ofwel voor een goede daad. Deze gedachte kan overal vandaan komen; iets dat we lezen of horen, een gesprek met vriend of vreemde, een stille overweging, of iets dat we zien op straat. Wat dan ook. Terwijl dit ons slechts overkomt, is het wat we er mee doen wat het grote verschil in ons leven kan maken.
Als de inspiratie tot iets goeds zou leiden, dan zal de duivel het onderscheppen door te suggereren dat het te klein is om tot iets te leiden in ons leven. "Waarom zou je je druk maken. Je bent sowieso toch niet zo vroom" verzekert hij ons. Wanneer het tot een zonde komt en het ons tegenstaat, verzekert de duivel ons dat het gezien de andere zonden in ons leven, toch niet zo'n groot verschil zal uitmaken.
De hoeksteen van deze duivelse strategie is hoe dan ook zowel de zonden als de goede daden te kleineren. Echter de persoon die naar deze Profetische les luistert zal deze strategie onderuit kunnen halen. Klein of groot, een goede daad is een goede daad, ik heb het nodig. Ik moet dit moment aangrijpen! Deze persoon zal ontdekken dat goede daden met elkaar verbonden zijn door een onzichtbaar web. Elke goede daad is een opening naar een wereld van goede daden. De deugdzaamheid die opgewekt wordt in het hart door deze schijnbare kleine daad, kan ons later naar een veel grotere goede daad leiden.
We zouden zeker voor de grote goede daden moeten gaan. Maar we moeten altijd onthouden dat geen enkele goede daad te klein is.
Oorspronkelijke tekst: Albalagh
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Laat een reactie achter ...