De moslimvrouw: Haar positie in de Oemmah
De positie van de vrouw in de Oemmah is zeer nobel en verheven en de invloed van de moslimvrouw op het leven van elke moslim is enorm. De moslimvrouw is de eerste lerares in het opbouwen van een rechtschapen gemeenschap, dit natuurlijk onder de voorwaarde dat zij de leiding volgt van de Koran en de Soennah van de Profeet (vrede zij met hem). Het vasthouden aan de Koran en de Soennah weerhoudt een persoon er immers van misleid te worden, op welk gebied dan ook, dit in tegenstelling tot alle anderen die de misleiding volgen. De moslimvrouw volgt het Pad van Allah, de Verhevene, Boodschappers en Profeten. De Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei: “Ik laat jullie twee zaken achter, zolang jullie hieraan vasthouden zullen jullie niet afdwalen; Het Boek van Allah en mijn Soennah.”
Het grote belang van de rol van de moslimvrouw, haar rechten en plichten, ongeacht of dit nu is als echtgenote, zuster of dochter, staat vermeldt in de Koran en in de Soennah wordt dit nader uitgelegd.
Het geheim van haar grote belang ligt hem in de zware last en verantwoordelijkheid die zij dient te dragen. Zij draagt verantwoordelijkheden waarvan een aantal niet eens door de man zou kunnen worden gedragen. Dit is waarom het zo belangrijk is dat een persoon dankbaarheid, vriendelijkheid en goede gezelschap verschuldigd is aan zijn moeder. Wat dit betreft heeft zij voorrang over de vader. Allah de Meest Verhevene zegt wat als volgt vertaald kan worden:
“En Wij bevolen de mens (goedheid) jegens zijn ouders. Zijn moeder droeg hem in zwakheid op zwakheid, en het zogen van hem duurde twee jaren. Wees daarom Mij dankbaar en jouw ouders. Tot Mij is de terugkeer.”(Soerat al-Loeqmaan: 14)
“En jullie Heer heeft bepaald dat jullie niets dan Hem alleen aanbidden, en goedheid betrachten tegenover de ouders. Als een van de twee of beiden de ouderdom bereiken in jouw aanwezigheid, zeg dan nooit ‘Oef’ tegen hen, snauw hen niet af en spreek tot hen een vriendelijk woord.” (Soerat al-Israa’: 23)
Eens kwam er een man naar de Profeet (vrede zij met hem) en vroeg: “O Boodschapper van Allah! Wie heeft het meeste recht op mijn goede gezelschap?” Hij (vrede zij met hem) antwoordde: “Je moeder!” De man vroeg: “En daarna?” Hij antwoordde: “Je moeder!” De man vroeg: “En daarna?” Hij antwoordde: “Je moeder!” De man vroeg: “En daarna?” Hij antwoordde: “Je vader!” Hieruit valt op te maken dat de moeder driemaal zoveel recht heeft op haar kind’s vriendelijkheid en goede gezelschap dan de vader.
Met betrekking tot de vrouw staat het vast dat zij bijdraagt tot rust en sereniteit van de ziel, dit wordt duidelijk gemaakt in de volgende vers (interpretatie van de betekenis):
“En het behoort tot Zijn Tekenen dat Hij voor jullie van jullie eigen soort echtgenoten heeft geschapen, opdat jullie rust bij haar vinden en Hij plaatste tussen jullie liefde (al-Mawaddah) en barmhartigheid (ar-Rahmah). Waarlijk, daarin zijn zeker Tekenen voor een volk dat nadenkt.”(Soerat ar-Roem: 21)
Al-Haafidh Ibn Kathier legde de termen al-Mawaddah en ar-Rahmah als volgt uit: “al-Mawaddah betekent liefde en affectie, en ar-Rahmah betekent compassie.”
De verheven houding van Khadiedjah (moge Allah tevreden met haar zijn) zorgde ervoor dat de Profeet (vrede zij met hem) kalmeerde en gerust werd gesteld toen de Engel Djibriel (vrede zij met hem) voor het eerst naar hem kwam in de grot Hiraa’. cAa’ieshah overlevert: “De Profeet (vrede zij met hem) keerde hiermee (de geopenbaarde verzen) angstig terug (naar huis). Hij kwam binnen bij (zijn vrouw) Khadiedjah bintoe Khoewaylied, moge Allah tevreden met haar zijn, en zei: ,,Omwikkel mij, omwikkel mij.”, waarna Khadiedjah hem omwikkelde (en hem kalmeerde) totdat zijn angst voorbij was. Hij vertelde haar wat hem overkwam, en zei: ,,Ik vreesde voor mijn leven.” Zij zei: ,,Vrees niet, Allah zal jou nooit en te nimmer vernederen. Voorwaar jij onderhoudt de familiebanden, zorgt voor de zwakkeren en de minderbedeelden, je eert de gast en je vecht voor rechtvaardigheid.”(al-Boechari)
En vergeet cAa’ieshah (moge Allah tevreden met haar zijn) niet en haar ongelofelijke bijdrage, zelfs de grootste Sahaabah (metgezellen) kwamen naar haar om kennis op te doen over de overleveringen van de Profeet (vrede zij met hem) en veel van de vrouwelijke metgezellen leerden van haar over de verscheidene vrouwenaangelegenheden.
En ik twijfel er niet aan dat mijn moeder een grote invloed op mij had en verheven boven mij is. Zij spoorde mij aan te gaan studeren en steunde mij hierin. Moge Allah haar vermeerderen in beloning en haar belonen met de beste beloning voor datgene wat zij voor mij heeft gedaan. Ook bestaat er geen twijfel over, dat het huis waarin vriendelijkheid, liefde en zorg heersen, dit naast de correcte Islamitische opvoeding, een grote invloed zal hebben op de man. Dit zorgt ervoor dat hij, met de Wil van Allah, succesvol zal zijn in zijn zaken, ongeacht of dit nu het opdoen van kennis is, het drijven van handel, het verdienen van een inkomen enz.
Ik vraag Allah om ons succesvol te maken en te leiden naar datgene waar Hij van houdt en waar Hij tevreden mee is en moge Allah’s zegeningen en vrede zijn met onze Profeet Mohammed, met zijn familie, zijn metgezellen en zijn volgelingen.
Sheich cAbd al-cAziez bin Baaz
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Laat een reactie achter ...